De skyline van Nevers, met de kathedraal en de brug over de Loire

Nu staan we op de cp vlakbij de brug naar het centrum van Nevers,  dat van die skyline klopt alleen in mijn herinnering was hij nog mooier. Van verre zie je al wel de machtige kathedraal Saint Cyr et Sainte Julitte. We hebben Nevers nooit bezocht, op de route noord zuid vv hebben we vaak in Moulins overnacht, niet ver hier vandaan. Het centrum was inderdaad niet ver lopen, ook hier weer de nodige leegstand in de straat er naar toe. Allereerst langs de imposante kathedraal gelopen naar het toeristenbureau, die bleek gesloten. Naast het toeristen bureau ligt een prachtig gebouw, het Palais Ducal de Nevers . Dit hertogelijk paleis is een historisch kasteel, dat ooit de residentie was van de graven en hertogen van Nevers. Het paleis, gebouwd in de 15e en 16e eeuw, is een belangrijk symbool van de rijke geschiedenis en architecturale pracht van de Loire-vallei. Het paleis is een van de eerste kastelen gebouwd aan de Loire en staat bekend als een mooi voorbeeld van de overgang tussen gotiek en renaissance. Het is nu ook het stadhuis en er is een keramiekmuseum in gevestigd, die bleek om onduidelijke reden gesloten. Naast het paleis staat het theater, een aardig gebouw.

We zijn een stukje verder gewandeld en wilden niet het risico lopen om te laat te komen ( sommige restaurants hier  sluiten al om 13,30uur!) en zijn gaan lunchen aan de place Carnot waar omheen enkele mooie gebouwen zijn. Het werd Fish and Chips, (typisch Frans zei onze zoon al) vergezeld van een steeds meer aantrekkende wind. We hebben nog even de 17e eeuwse Sainte-Marie kapel bekeken, een kleine kerk in een uitbundige, Italiaanse barokstijl. Wat we misten was een plattegrond van de stad, daarom hebben we maar een beperkt deel van de bezienswaardigheden gezien. Ook misten we een centrum met winkelstraten en pleinen, die zullen er ongetwijfeld zijn maar we vonden het te fris worden door de wind om een beetje te dwalen.  We zijn nog wel in een straat geweest van een  oude wijk waar eeuwen geleden al faience (aardewerk met tinglazuur) werd geproduceerd, maar daar zaten nu een paar kebab zaken, geen keramiek gezien.

Het kasteel het Palais Ducal de Nevers

Wel wilden we de kathedraal nog bezichtigen, dat viel tegen. Het interieur werd voor een deel gerestaureerd en was aan het oog onttrokken en niet toegankelijk.  De gebrandschilderde ramen vonden we te stilistisch , dat komt ws omdat de kathedraal , die gebouwd is van de 10e tot de 16e eeuw, in de 2e wereldoorlog gedeeltelijk vernietigd is.  Uniek is dat er twee tegenover elkaar liggende koren zijn, een in romaanse en een in gotische stijl, door genoemde restauratie hebben we die niet kunnen zien.

Curieus is dat Nevers ook een bedevaartsoort is , de stoffelijke resten van Bernadette van Lourdes zijn hier te bezichtigen. In een kapel vind je in een glazen schrijn het wonderbaarlijk goed geconserveerde lichaam van deze Bernadette die als 14-jarige Maria-verschijningen zag. Dat in een tijd dat hallucinaties nog als religieuze wonderen werden gezien.

De barokke 17e eeuwse Sainte-Marie kapel

Terug over de brug naar de camper en  even stilgestaan, letterlijk en figuurlijk bij de kracht van het water van de Loire, die in een kleine waterval onder de brug doordendert . We zitten in een overgangsfase wat het weer betreft. Vandaag bleef het na de regen van vanmorgen droog en 20º maar door de harde wind was het ’s middags kouder voor het gevoel. Langzaam gaat het weer veranderen, zo wordt  het donderdag in Nevers 33º en in onze woonplaats wordt het ook wel 30º zoals nu verwacht wordt. Dus lijkt woensdag een geschikte dag om thuis te komen en de camper niet al te zwetend uit te pakken.

Provins 08-06-2025, zondag

De cp in Nevers was onder hele hoge bomen, dat werden we ons pas goed bewust vannacht om een uur of 4 toen het begon te regenen. Door de grote hoogte van het bladerdak vielen de druppels met een vaart op ons dak met een luid gekletter. Ik heb daarna niet meer geslapen en Everdien heb ik ook grotendeels wakker gehouden.

We hebben besloten om deze keer niet de geijkte route te nemen die we al vaak hebben gereden, via o.a. Auxerre . Niet alleen een andere route maar ook naar een stadje waar we nog nooit geweest zijn, Provins. We zijn eerst richting Parijs gereden via de A77 en de A19.    We reden door een glooiend landschap met eerst weilanden met Charolais koeien en daarna wijngaarden, daar worden de beroemde witte wijnen Pouilly Fumé en Sancerre van gemaakt.     Daarna het laatste stuk via  een D weg verder gereden, altijd oppassen dat je daar vaak niet sneller mag rijden dan 80 km p.u. tenzij anders aangegeven. En we wisten meteen weer waarom we voor een andere route hebben gekozen, rotondes, snelheidswisselingen, dorp in, dorp uit via drempels en de nodige stoplichten, dat schiet niet erg op, hoewel we geen haast hadden. Nadat we getankt hadden bij de Super U voor €1,599 dachten we nog brood te kunnen kopen bij de winkel die tot onze verrassing open was. Laat het u 12.31 uur zijn, nee meneer we sluiten om 12.30 uur, alleen maar een brood, nee meneer en ik was even pissig. Brood hebben we bij een bakker kunnen kopen in een van de dorpjes, gelukkig heerlijk brood waar je graag wat meer voor betaald. We kwamen pas tegen 13.00  uur op de cp in Provins, we hadden al gelezen dat de plaatsen scheef zijn, het kostte ons een tijdje en alweer wat van ons humeur , voordat we goed stonden maar niet op de officiële plaatsen. 

Het Place du Châtal

Provins is een middeleeuwse stad , het was in de middeleeuwen de economische hoofdstad van het graafschap Champagne. Het was eveneens een van de bekendste Franse jaarmarktsteden en bakermat van de handelscontacten tussen Noord-Europa en het Middellandse Zeegebied. De aanwezigheid van  monumenten en mooie huizen hebben in 2001 bijgedragen tot de erkenning van Provins als Unesco-werelderfgoed. We zijn altijd een beetje huiverig als we zo’n stad bezoeken, die aarzeling kenden we ooit ook bij Carcassonne maar dat bleek toch mee te vallen. Dus een zekere nieuwsgierigheid dreef ons naar dit stadje , onder het motto ‘oordeel niet voordat je er geweest bent.’

We waren al voorbereid op de nodige toeristen, het is immers eerste pinksterdag , en voor we op de cp kwamen stonden er al verkeersregelaars en zagen we heel veel personenauto’s . Je kunt een pasje kopen bij het office de tourisme voor €17,- , dan kun je 5 monumenten bezichtigen, oa de Cesartoren beklimmen, het museum bezoeken, de onderaardse gangen in met een gids, een klooster in. Echter dan duurt de hele wandeling minstens 2,5 uur en aangezien ik moe was door  slechts 4 uur slaap , hebben we op eigen houtje door de bovenstad gekuierd. Er is nl een middeleeuwse bovenstad en een nieuwere benedenstad waar ook bezienswaardigheden zijn. In de benedenstad zijn we niet geweest, ten eerste moet je weer stijl omhoog terug naar boven en ten tweede waren we sowieso al te moe .

Een kijkje in het middeleeuws centrum van Provins

Toen we bij de ingangspoort, de St Janspoort, van de ommuurde stad kwamen, zagen we al veel toeristen voor de poort en die drukte bleef gedurende onze hele wandeling. Maar iedereen wil natuurlijk dit stadje bezichtigen, storend was het niet, we hoefden niet te schuifelen. We hebben mooie huizen gezien, vakwerkhuizen vooral, en er was een aardig plein, Place du Châtel, met een kruis en een oude waterput. Rondom dit plein staan woningen uit de 13e t/m 15e eeuw. Bij het kruis uit de XIIIe eeuw werd geld gewisseld en werden later besluiten voorgelezen van graven en koningen. Onderweg naar de Cesartoren zagen we mooie vakwerkhuizen en we zagen de toren van verschillende kanten, behalve de binnenkant. Ooit was deze in de 12e eeuw gebouwde Donjon het machtssymbool van de graven van Champagne, het diende niet alleen als uitkijkpost maar ook als gevangenis. Het enige gebouw dat we in zijn geweest was de kerk Saint Quiraice uit de 12e eeuw. Het interieur was eenvoudig maar maakte indruk door de  gotische ( oorspronkelijk romaans) architectuur met ribgewelven en spitsbogen. Er zijn enkele mooie glas-in-lood ramen die dateren uit de 19e eeuw, gemaakt in de stijl van middeleeuwse glas-in-loodkunst.

Links op de foto de Cesartoren

Al met al hebben we zeker geen spijt dat we een kleine omweg hebben gemaakt voor dit toeristische uitstapje. We hebben maar een gedeelte gezien maar kregen wel een goede indruk van deze toeristische trekpleister. Er wonen gewoon mensen in dit stadje , er rijdt af en toe een auto van bewoners en zelf ben je blij dat je hier niet woont met al die mensen die zich lopen te vergapen aan al het fraais wat ze zien. Zelf waren we na onze wandeling wel nog steeds moe, meer zelfs maar wel goedgemutst.

Het interieur van de kerk Saint Quiraice 

Het weer begon herfstachtig, onderweg maar 14º en ook bij aankomst in `Provins nog dreigende luchten en veel wind. Toch knapte het weer wat op, de wind werd minder en de zon scheen af en toe bij 19º.

Volgende week is in Provins de FÊTE MÉDIÉVALE À PROVINS, een middeleeuws feest wat ieder jaar wordt gehouden. https://provins-medieval.com/    

Dom le Mesnil 09-06-2025, maandag

De cp in Provins stroomde gisterenavond aardig vol , allemaal Franse campers behalve een Duitse en wij. We hebben het andersom gedaan dan gisteren, we zijn begonnen via D-wegen en de gebruikelijke dorpjes door het mooie landschap van de Champagne met veel bossen en vanzelfsprekend tegen de hellingen de wijngaarden voor de Champagne wijn. Ongeveer de helft hebben we over D-wegen gereden , ondanks dat we veel dorpjes passeerden en en rotondes over moesten, viel het mee, w.s. omdat de zon ook af en toe scheen.

Nederlands bootje op weg naar de sluis

De andere helft van de 204 km naar de cp hebben we over de 2 baan weg van Reims naar Charleville Mézières gereden , onderweg hebben we nog LPG  getankt . En zowaar in het laatste lintdorp voor het gehucht waar we nu staan hebben we lekker brood kunnen kopen. We zijn heel tevreden met het plekje waar we nu staan, weer heel anders dan de andere plekken die we tot nu toe gehad hebben. Het is een plekje die op P4N staat, maar daar staatsij als dagparking overnachten verboden. We staan vlakbij de Maas aan een kanaaltje, het Canal des Ardennes waar af en toe een pleziervoertuig overvaart. We staan dicht bij een sluis, die gaat onder de weg door waar we aan de ene kant op kijken. De mooiste kant op  kijk je over het kanaal waar wat plezierboten aangemeerd liggen. Tevens enkele woonboten , voormalige Nederlandse vrachtschepen zoals de Poolster, de Merwede. Je zou dit gerust een Idyllisch plekje kunnen noemen ware het niet dat er nu achter de camper op een parking tijdelijk materiaal staat opgeslagen voor wegwerkzaamheden.  Dat kon we eens een vroegertje worden mogenochtend, we zien wel. 

Blauwe Reiger

Er loopt een fietspad aan de overkant van het kanaal, je kun fietsen naar Sedan en Charleville Mézières via een Via Verde die langs  kanalen en de Maas loopt.  We hebben ons beperkt tot een wandeling langs het kanaal waar we diverse bloemen hebben gefotografeerd, oa beemdkruid, wit en geel walstro , berm-ooievaarsbek, dagkoekoeksbloem , je merkt daaraan  dat we dichter bij huis komen. Straks gaan we  een drankje drinken  bij de naamgever van deze plek althans van de brug, Le pont a Bar, een café die er al net zo min illuster uitziet  als de naam doet vermoeden:  Le Franco Belge Bar. En dan het weer vandaag, steeds bredere opklaringen vanmiddag en met weinig wind konden we buiten zitten lezen in de korte broek, het werd 19º. Kennen ze in de Achterhoek en Twente het begrip ‘brommers kieken’ , hier was het bootjes kieken, een fijne middag dankzij het ontbreken van de harde wind van de afgelopen dagen.. Morgen rijden we België in voor een laatste overnachting deze reis .

Blauwe Breedscheenjuffer

Bilzen 10-06-2025, dinsdag

We  zijn gisterenavond naar het bruine café  Le Franco Belge Bar geweest voor een drankje , het Belgische karakter van het bruine café bestond  uit Belgisch bier van de tap en affiches van Kuifje aan de muren. Aan de graatmagere maar aardige waardin , die trouwens helemaal niet op Sidonia leek, gevraagd hoe laat de werklieden morgen aanwezig zouden zijn bij hun materieel. Oh, dat zal om 8 uur zijn, dat vonden we prima, we hadden de camper anders nog wat verder weg van de opslagplaats kunnen zetten. Er stonden trouwens vannacht 3 Nederlandse en 2 Franse campers.

Om 6.55 uur werd er een machine gestart achter ons, een uur vroeger dan de waardin dacht. Echter na een kwartier was men weer vertrokken, kennelijk alleen de machine opgehaald. Gelukkig hebben we nog even kunnen slapen daarna. Via Sedan zijn we bij Bouillon België in gereden waar al spoedig Tomtom het nodig vond om ons van de snelweg af te sturen , naar een ‘Marjos-André weggetje’  (https://www.maranopreis.nl/ ) zo’n 50 km slingerend door de bossen richting Rochefort door de Ardennen. Gelukkig weinig verkeer en het wegdek was daar gelukkig niet zo heel slecht. Dat werd wel anders toen we weer op de E 411 van Namen naar Brussel kwamen, de ellendige staat van de Belgische wegen hebben we regelmatig in alle toonaarden bezongen, het lukt je niet om gaten te ontwijken. Het was druk op de weg maar geen fileproblemen, zodat we na 3,5 uur rijden  200 km verder in Bilzen op de kleine cp stonden. Wel moesten we de crashsensor resetten, dat hadden we al verwacht door het vermaledijde slechte wegdek.

Beelden in het centrum van Bilzen